Literatuur

- Thunnissen, H.J.W., Gewelven. Hun constructie en toepassing in de historische en hedendaagse bouwkunst. Amsterdam (Ahrend), 1950. [351 blz. ISBN -]. Hierin: blz. 114, 115-117, 118 (diverse voorbeelden zonder benoeming van het gewelftype)

- Pérouse de Monclos, Jean-Marie, Architecture, Vocabulaire. Deel in de serie Ínventaire général des monuments et des richesses artistiques de la France. Principes d'analyse scientifique'. Paris (Imprimerie Nationale), 1993. [622 blz. ISBN 2.11.080962.2]. Het boek heeft diverse nummeringen, o.a. per kolom. Hierna worden uitsluitend pagina's opgegeven. Hierin: blz. 318 ("coupole à côtes": de term betreft de vorm van de koepel, het gewelf - in de moskee van Cordova - wordt niet benoemd), 213 ("Oculus zénital": gewelf met kruisende ribben, waartussen niet een koepel, maar een oculus)

- Pevsner, Nicolaus & Elizabeth Williamson, County Durham. Deel in de serie 'The Buildings of England', founding Editor: Nicolaus Pevsner. Harmondsworth (Penguin), 1983_{1e druk 1953}. [571 blz. ISBN 0.14.071009.4]. Hierin onder Durham, "cathedral, kitchen": blz. 204 ("Ingenious designed by John Lewyn and built in 1366-74. The building is octagonal, made square outside by having four big storerooms behind fireplaces in the four corners. Above them under the lean-to roofs a mass of rubble that must buttress the vault. The louvre is carried on broad ribs arranged so that they form a perfect eight-cornered star. Ribs are thrown from corner one to four and six, two to five and seven, three to six and eight, four to seven (and one), and five to eight (and two). By doing this a smaller octagon is left in the middle at the intersection of the ribs, which carried the louvre and carries a modern replica of the C18 lantern. This delightful method of vaulting has no parallel in England and may either be John Lewyn's invention or have been inspired by Mohammedan vaults in Spain (mosque, Cordova). [...]"), afb.nr 49 (gewelf)

- Durliat, Marcel & Jean Dieuzaide (foto's), Hispania Romanica. Die hohe Kunst der romanischen Epoche in Spanien. Wien, München (Schroll), 1962_cop. [309 blz. ISBN -]. Hierin: blz. {afb-nr 123, 288: Torres del Río (Navarra): Iglesia del Santo Sepulcro. "[...] Einflüssen seitens muselmanischen Kunst. Aus dieser erklärt sich die Anordnung der Rippen, welche die Kuppel tragen, sowie das Vorhandensein der zahlreichen charakteristischen Konsolsteine unter dem äusseren Gesims"}, {afb-nr 180, 296: Almazán (Soria): Iglesia de Sam Miguel. Koepel 2e helft 12e eeuw. "Diese zeigt ein Stern aus einander durchkreuzenden Rippen, in der Mitte ist er leer. Sie folgt damit dem Muster der verschränkten Bögen unter der Mittelkuppel der alten Moschee Bib Mardom in Toledo. Die Kuppel von Almazán gehört überhaupt und ganz allgemein zur Familie der muselmanischen Rippenkuppeln, deren beliebtheit sich in der hispano-maurischen Kunst bis zur Übernahme der Stalaktiten-Kuppeln gesteigert hat. Indessen bilden diese Bögen in Almazán, echt konstruiert und architektonisch vollwertig, eine romanische Umdeutung der von der islamitsichen Kunst dekorativ verwendet sind" - dit is de volledige tekst}